Geschiedkundig overzigt der verbeteringen, in de laatste jaren daargesteld in de verpleging van krankzinnigen in Nederland en toelichtende opmerkingen nopens de daarbij gevoegde statistieke tabellen betrekkelijk de bevolking in de gestichten voor krankzinnigen aldaar, in de jaren 1844, 1845 en 1846 ... / door C.J. Feith en J.L.C. Schroeder van der Kolk.

  • Feith, C.J.
Date:
1848
Catalogue details

Licence: Public Domain Mark

Credit: Geschiedkundig overzigt der verbeteringen, in de laatste jaren daargesteld in de verpleging van krankzinnigen in Nederland en toelichtende opmerkingen nopens de daarbij gevoegde statistieke tabellen betrekkelijk de bevolking in de gestichten voor krankzinnigen aldaar, in de jaren 1844, 1845 en 1846 ... / door C.J. Feith en J.L.C. Schroeder van der Kolk. Source: Wellcome Collection.

Provider: This material has been provided by The Royal College of Surgeons of England. The original may be consulted at The Royal College of Surgeons of England.

    9/112 (page 5)
    O de beste inrigtingen voor krankzinnigen na te gaan en om zich omtrent derzelver verbeteringen te onderrigten. Dit inensclilievend besluit, waaruit genoegzaam de zorg Zijner Majesteit om het onge- lukkig lot der krankzinnigen te verbeteren, bleek, bleef echter zonder dadelijke uitvoering ; want eene dergelijke doortastende verbetering gal', uit den aard der zaak, aanleiding tot vele tijd- vorderende beraadslagingen over de beste wijze om het doel te bereiken, (i) Inmiddels werd de algemeene aandacht op dit gewigtig onderwerp al meer en meer gevestigd, ten gevolge waarvan door de provinciale geneeskundige commissie in Noord-Holland in 1821 eene prijsvraag werd uitgeschreven over de beste middelen ter herstelling der krankzinnigen , enz : waarop in 1823 een antwoord inkwam, hetgeen , na nadere omwerking , den prijs werd waardig gekeurd , en de uitgave van het bekende werk van J. Guislain, Traité sur Valiénation mentale etc, 2 tom. , 1826, ten gevolge had; het eerste opzettelijk over dat onderwerp m de Nederlanden uitgekomen werk , hetwelk voor zijnen tijd niet zonder verdiensten was, maar tot geenerlei gevolgen geleid heeft. De Regering bleef echter niet stilstaan. Er werd in 1825 eene algemeene telling der in het rijk aanwezige krankzinnigen , gelijk mede een onderzoek naar de plaatsen van verpleging, derzelver aard en inkomsten in het werk gesteld, waaruit bleek dat in Noord- Nederland , Limburg niet mede gerekend, toen ten tijde aanwezig waren 1828 krankzinnigen, waaronder 868 mannen, 960 vrouwen; hetgeen , op de toenmalige bevolking van 2,263,794 inwoners , eene evenredigheid oplevert van i krankzinnige op i232, 3 inwoners. Men kan echter dit aantal krankzinnigen zonder twijfel voor te gering en beneden de wezenlijkheid houden , en met waarschijnlijk- heid ongeveer i krankzinnige op 1000 inwoners stellen. Zoo rekent men bijv. in Engeland i op 980 inwoners , (2) in Westphalen I op 836 , (3) in Belgien i op 816 , (4) in Schotland i op 673 , (5) in Noorwegen 1 op 551 , (6) ïn Denemarken i op 649, in IJsland (1) Wij mogen hier niet met stilzwijgen voorbijgaan, dat dit besluit in 1818, en dus een jaar vroeger werd genomen , dan de memorie van den beroemden Esquiroi in 1819 aan het Fransche Gouvernement werd aangeboden ter verbetering der gestichten, welke, met hoeveel aandrang en kracht ook geschreven, slechts eene ministeriele circulaire van Julij 1819 ten gevolge had, om de slechte cellen, waarin krankzinnigen werden opgesloten, te verwijderen- waaraan echter geen gevolg werd gegeven. Zie Ferrus, des aliénés , pag. 115. sq. (2) Report of the Metropolitan commissioners in Lunacy to the lord Chanccllor. London iS^ i , pag. 191. (3) Ruer , Irrenstatistik der Prov. Westphalen, i833 pag. 168 en 171. Zie verder Auhnnal et Thore, Recherches stalisiiques sur Taliénaiion mentale , i84i pag. 55. sqq. (4) Rapport de la commission pour lamélioration de la condition des aliénés en Belgiqur Brux. 1842 pag. 4; waar opgegeven wordt op 4,i65,953 inwoners 5,io5 krankzinnigen S i,2?i op 1000 of I op 816 inwoners. (5) Annales Médico-psychologiques par Baillarger, Par. j844 , lom. 4, pag. 394. Volgens Jiiiins zonde de/.e evenrcdighciil klimmen tot i op 4oo. ('i) PAnr.iiAPrK, Rrrhcrclicv ^r;itis(. . par. i83c), |,;,g. G\.